mercredi 28 novembre 2018

Exercice de grammaire; grammatica-oefening : l'adjectif possessif; het bezittelijk voornaamwoord (het possessief pronomen) : niet-zelfstandige vormen / néerlandais; Nederlands

  • Emploi des adjectifs possessifs / Gebruik van de bezittelijke voornaamwoorden (possessieve pronomina) : bijvoeglijke vormen, niet-zelfstandige vormen
  • Grammaire néerlandaise : exercice / Nederlandse grammatica, Nederlandse spraakkunst : oefening
--------------
Prinsengracht in Amsterdam, Elena Polyakova
---------------

OEFENING / EXERCICE
De bezittelijke voornaamwoorden (possessieve pronomina) : 
 bijvoeglijke vormen (niet-zelfstandige vormen) 

 Les adjectifs possessifs 

Vervoeg volgens de voorgestelde onderwerpsvorm (subjectsvorm).
Conjuguez selon le pronom sujet proposé.

01. Ik heb mijn boek verloren.
      Ze ..............................................................
Woordenschat ➛ verliezen (verloor, verloren, verloren) : perdre
02. Ik hou veel van mijn hond.
      U ...............................................................
Woordenschat ➛ houden van : aimer
03. Ik heb mijn vriend ontmoet.
      We .............................................................
Woordenschat ➛ ontmoeten : rencontrer
04. Ik heb mijn handen gewassen.
      Hij ..............................................................
Woordenschat ➛ wassen (waste, wasten, gewassen) : laver
05. Ik ben aan mijn derde boterham begonnen.
      Je ...............................................................
06. Ik vier morgen mijn verjaardag.
      Je ...............................................................
07. Ik wil mijn huis niet verkopen.
      Ze ...............................................................
08. Ik ben trots op mijn nieuwe auto.
      Hij ....................................................................
Woordenschat ➛ trots op : fier de
09. Ik moet mijn fiets laten repareren.
      Ze ...............................................................
Woordenschat ➛ laten + infinitief : faire + infinitif
10. Ik pak mijn koffers in.
     We ..............................................................
Woordenschat ➛ zijn koffers inpakken : faire ses valises
---------------
 OPLOSSINGEN  SOLUTIONS 

01. Ze heeft haar boek verloren. / Ze hebben hun boek verloren.
02. U houdt veel van uw hond.
03. We hebben onze vriend ontmoet.
04. Hij heeft zijn handen gewassen.
05. Je ben aan je derde boterham begonnen.
06. Je viert morgen je verjaardag.
07. Ze wil haar huis niet verkopen. / Ze willen hun huis niet verkopen.
08. Hij is trots op zijn nieuwe auto.
09. Ze moet haar fiets laten repareren. / Ze moeten hun fiets laten repareren.
10. We pakken onze koffers in.
---------------
Pinterest : exercice 'De bezittelijke voornaamwoorden : niet-zelfstandige vormen' - 
format JPEG
Doctissimo : oefening 'De bezittelijke voornaamwoorden : niet-zelfstandige vormen' -
jpeg-formaat

Aucun commentaire:

Enregistrer un commentaire