vendredi 30 novembre 2018

Compréhension à la lecture; leesvaardigheid : 'Waarom mama?' / Saint Nicolas; Sinterklaas, Sint Nicolaas / exercice; oefening / néerlandais; Nederlands

  • Activité de lecture, compréhension à la lecture / Leesactiviteit, leesvaardigheid
  • Dialogue, conversation / Gesprek, dialoog, conversatie
  • Thème : Saint Nicolas, fête de (la) Saint-Nicolas / Thema : Sinterklaas, Sint Nicolaas, de goede Sint, Sinterklaasfeest
  • Exercice : mettre les phrases dans le bon ordre / Oefening : de zinnetjes in de goede volgorde plaaten
Oude ansichtkaart
---------------

 Leesactiviteit   /  Activité de lecture 

 Waarom mama? 

Lees het gesprek. Zet de zinnetjes in de juiste volgorde.
Lis le dialogue. Mets les phrases dans le bon ordre.

Moeder : Kom Jantje ! We moeten opschieten.
Jan : Waarom mama ?
Moeder : Wil je Sinterklaas niet zien ?
Jan : Natuurlijk wil ik hem zien. (1) .................................................................
Moeder : Die kun je toch overal zien, (2) ................................................................
Jan : Waarom niet ?
Moeder : (3) ................................................................
Jan : Heeft hij dan geen geld genoeg ? Voor alle kinderen ?
Moeder : Toch wel, (4) ................................................................
Jan : Waarom ? Is er dan niemand die hem helpt ?
Moeder : (5) ................................................................
Jan : Kijk ! Daar is Sinterklaas. (6) ................................................................
Moeder : Omdat hij heel oud is.
Jan : Is hij dan al zo oud ? (7) ................................................................
Moeder : Ja. Bij ons kwam hij ieder jaar.
Jan : Komt hij dan niet bij iedereen ?
Moeder : Nee, Jantje.
Jan : Waarom niet ?
Moeder : (8) ................................................................
Jan : Maar bij mij zal hij toch komen, hè ma ?  (9) .........................................................
Moeder : Vind je dat ? Gisteren heb je nog ruzie gemaakt met je zusje.
Jan : (10) ................................................................

Zinnetjes / Phrases

(a) Waarom heeft hij zo'n lange baard ?
(b) Dat was ook haar schuld. Dan krijgt zij ook niets.
(c) en je kunt toch niet alles vragen.
(d) De Sint komt niet bij stoute kindjes !
(e) maar hij kan niet alles brengen.
(f) Ik ben toch nooit stout.
(g) Het is duur.
(h) Maar ik heb hier nog niet alles gezien. Kijk eens ! Wat leuk ! Elektrische treinen.
(i) Is hij ook gekomen toen jij klein was ?
(j) Schoorsteenpiet helpt hem een handje.
---------------
Oplossingen  Solutions 
Moeder : Kom Jantje ! We moeten opschieten.
Jan : Waarom mama ?
Moeder : Wil je Sinterklaas niet zien ?
Jan : Natuurlijk wil ik hem zien. (1h) Maar ik heb hier nog niet alles gezien. Kijk eens! Wat leuk! Elektrische treinen.
Moeder : Die kun je toch overal zien, (2c) en je kunt toch niet alles vragen.
Jan : Waarom niet ?
Moeder : (3g) Het is duur.
Jan : Heeft hij dan geen geld genoeg ? Voor alle kinderen ?
Moeder : Toch wel, (4e) maar hij kan niet alles brengen.
Jan : Waarom ? Is er dan niemand die hem helpt ?
Moeder : (5j) Schoorsteenpiet helpt hem een handje.
Jan : Kijk ! Daar is Sinterklaas. (6a) Waarom heeft hij zo'n lange baard ?
Moeder : Omdat hij heel oud is.
Jan : Is hij dan al zo oud ? (7i) Is hij ook gekomen toen jij klein was ?
Moeder : Ja. Bij ons kwam hij ieder jaar.
Jan : Komt hij dan niet bij iedereen ?
Moeder : Nee, Jantje.
Jan : Waarom niet ?
Moeder : (8d) De Sint komt niet bij stoute kindjes !
Jan : Maar bij mij zal hij toch komen, hè ma ? (9f) Ik ben toch nooit stout.
Moeder : Vind je dat ? Gisteren heb je nog ruzie gemaakt met je zusje.
Jan : (10b) Dat was ook haar schuld. Dan krijgt zij ook niets.
Doctissimo : Leesactiviteit 'Waarom mama?' - format JPEG
Pinterest : Activité de lecture 'Waarom mama?' - format JPEG
Document 'Waarom mama?' en format PDF

mercredi 28 novembre 2018

Exercice de grammaire; grammatica-oefening : l'adjectif possessif; het bezittelijk voornaamwoord (het possessief pronomen) : niet-zelfstandige vormen / néerlandais; Nederlands

  • Emploi des adjectifs possessifs / Gebruik van de bezittelijke voornaamwoorden (possessieve pronomina) : bijvoeglijke vormen, niet-zelfstandige vormen
  • Grammaire néerlandaise : exercice / Nederlandse grammatica, Nederlandse spraakkunst : oefening
--------------
Prinsengracht in Amsterdam, Elena Polyakova
---------------

OEFENING / EXERCICE
De bezittelijke voornaamwoorden (possessieve pronomina) : 
 bijvoeglijke vormen (niet-zelfstandige vormen) 

 Les adjectifs possessifs 

Vervoeg volgens de voorgestelde onderwerpsvorm (subjectsvorm).
Conjuguez selon le pronom sujet proposé.

01. Ik heb mijn boek verloren.
      Ze ..............................................................
Woordenschat ➛ verliezen (verloor, verloren, verloren) : perdre
02. Ik hou veel van mijn hond.
      U ...............................................................
Woordenschat ➛ houden van : aimer
03. Ik heb mijn vriend ontmoet.
      We .............................................................
Woordenschat ➛ ontmoeten : rencontrer
04. Ik heb mijn handen gewassen.
      Hij ..............................................................
Woordenschat ➛ wassen (waste, wasten, gewassen) : laver
05. Ik ben aan mijn derde boterham begonnen.
      Je ...............................................................
06. Ik vier morgen mijn verjaardag.
      Je ...............................................................
07. Ik wil mijn huis niet verkopen.
      Ze ...............................................................
08. Ik ben trots op mijn nieuwe auto.
      Hij ....................................................................
Woordenschat ➛ trots op : fier de
09. Ik moet mijn fiets laten repareren.
      Ze ...............................................................
Woordenschat ➛ laten + infinitief : faire + infinitif
10. Ik pak mijn koffers in.
     We ..............................................................
Woordenschat ➛ zijn koffers inpakken : faire ses valises
---------------
 OPLOSSINGEN  SOLUTIONS 

01. Ze heeft haar boek verloren. / Ze hebben hun boek verloren.
02. U houdt veel van uw hond.
03. We hebben onze vriend ontmoet.
04. Hij heeft zijn handen gewassen.
05. Je ben aan je derde boterham begonnen.
06. Je viert morgen je verjaardag.
07. Ze wil haar huis niet verkopen. / Ze willen hun huis niet verkopen.
08. Hij is trots op zijn nieuwe auto.
09. Ze moet haar fiets laten repareren. / Ze moeten hun fiets laten repareren.
10. We pakken onze koffers in.
---------------
Pinterest : exercice 'De bezittelijke voornaamwoorden : niet-zelfstandige vormen' - 
format JPEG
Doctissimo : oefening 'De bezittelijke voornaamwoorden : niet-zelfstandige vormen' -
jpeg-formaat